Vlaams Volksvertegenwoordiger Gwenny De Vroe dringt bij minister Homans aan op een overleg met de steden en gemeenten,om kleiner (en betaalbaar) wonen mogelijk te maken.
Om wonen betaalbaar te houden voor jongeren en singles, stelt de sector van projectontwikkelaars voor om kleiner te bouwen. Op initiatief van Vlaams Volksvertegenwoordiger Gwenny De Vroe (Open Vld) keurde het Vlaams Parlement in oktober vorig jaar een resolutie goed om nieuwe woonvormen meer kansen te geven. “Als we jongeren en alleenstaanden willen helpen om een eigen woning te kopen, zullen steden en gemeenten meer moeten openstaan voor kleinere en moderne woonvormen,” aldus De Vroe. Ze dringt aan op overleg tussen de lokale besturen en de sector en zal minister Homans hierover ondervragen in het parlement.
Vlaams parlementslid Gwenny De Vroe nam vorig jaar het initiatief om via een resolutie, moderne woonvormen te faciliteren. “De demografische ontwikkelingen, de stijgende vastgoedprijzen, de strengere eisen inzake duurzaamheid en de hogere energieprijzen, maken de nood aan kleiner wonen groter,” zegt Gwenny De Vroe. Vandaag telt Vlaanderen 849.000 mensen die alleen wonen. Volgens de bevolkingsprognoses zal dat aantal de komende jaren verder stijgen tot 955.000 in 2030. “Eén op drie gezinnen in Vlaanderen zal dan bestaan uit slechts één persoon. Vooral in steden zal hun aandeel groot zijn, tot bijna 50% van de huishoudens. Het gaat daarbij om alleenwonende jongeren, gescheiden dertigers of ouderen wiens partner overleden is,” vult De Vroe aan.
Kleiner wonen, maar ook samen-wonen
Kleiner wonen kan een antwoord bieden op deze maatschappelijke en demografische trend. Maar ook andere, nieuwe woonvormen, zoals cohousing of het opdelen van bestaande woningen, kunnen ervoor zorgen dat wonen betaalbaar wordt voor alleenstaanden. “Maar dan moeten de steden en gemeenten mee willen,” zegt De Vroe. “Helaas bekijken een aantal lokale besturen het opdelen van woningen of kleiner wonen met argwaan. Ze leggen vaak in hun stedenbouwkundige verordeningen strengere normen op, zoals minimale oppervlaktes, dan de normen vastgesteld door de Vlaamse Regering. Het gevolg is dat nieuwe vormen weinig of geen kansen krijgen.”
Steden en gemeenten moeten rigide regeltjes versoepelen
In Antwerpen bijvoorbeeld moet een zelfstandige woning een netto-vloeroppervlakte van 35 vierkante meter hebben, in Brugge is dat 33 vierkante meter. Leuven en Hasselt zien een studio als kleinste woonentiteit, die een minimale netto vloeroppervlakte van respectievelijk 25 en 30 vierkante meter moet hebben. “Deze normen zijn stuk voor stuk strenger dan het Vlaamse minimum van 18 vierkant meter Lokale besturen mogen niet blind zijn voor de nieuwe trends van kleiner wonen en cohousing. Het wordt tijd dat ze hun rigide regeltjes aanpassen aan de nieuwe gezinsvormen en zo meewerken aan betaalbaar wonen voor alle gezinstypes, ook deze die bestaan maar uit één persoon.”
Nood aan overleg
Gwenny De Vroe zal Liesbeth Homans, minister van wonen, hierover ondervragen in het Vlaams Parlement. “Ik zal daarbij aandringen op een overleg met de lokale besturen en de projectontwikkelaars. Bovendien zal ik vragen welke acties ze al ondernomen heeft in uitvoering van mijn resolutie rond moderne woonvormen,” besluit De Vroe.